Nederland / Verhaal

Parachute-dropping op de Appelsche Heide


Markeren

Deel

Route


Op 3 april 1945 zendt de BBC een raadselachtige boodschap uit: ‘Luister naar het geluid van de golven.’ Dit cryptische bevel dient als het signaal voor de verzetsgroep ‘Grote Beer’ om zich gereed te maken voor een gedurfde parachute-dropping boven de Appelsche heide. Deze dropping is een cruciaal onderdeel van Operatie Keystone, ter voorbereiding van de grote bevrijdingsoperatie Cannonshot.

Op 3 april 1945 landen Britse commando’s met parachute achter de Duitse linies, belast met een cruciale missie: contact leggen met het lokale verzet en geschikte droppingzonesselecteren voor verdere droppings. Die zijn essentieel voor het aanvoeren van meer parachutisten en kleine jeeps, die kunnen worden ingezet ter bescherming van strategische bruggen. De geselecteerde droppingzones bevinden zich bij Epe, een terrein nabij Uddel, en op de Appelsche Heide.

In de nacht van 11 op 12 april 1945 wordt de Appelsche heide, specifiek de Hevelschutterweg, het toneel van een gedurfde dropping met de codenaam Napier. Dit heideveld ligt ingeklemd tussen Voorthuizen, Nijkerk en Putten. Ook Nederlandse mannen doen mee aan deze geheime operatie, nadat ze eerst in Groot-Brittannië een opleiding hebben gedaan bij de (toen nog geheime) Britse eenheid Special Air Service (SAS). Onder leiding van commandant kapitein R.J. Holland worden ‘s nachts zeventien parachutisten en tien containers met wapens afgeworpen. Onder hen bevinden zich de Nederlandse sergeants W.F. van Beek en A. Kuypers. Het ontvangstcomité op de grond bestaat uit verzetsmensen van de groepen van Jan van den Broek en Berend Veenendaal (Groep Beer).

Helaas verloopt de operatie niet zonder tegenslagen. Door onvoorziene omstandigheden kunnen er geen jeeps worden gedropt, waardoor de SAS-manschappen gedwongen zijn hun verblijf in het buurschap Gerven voort te zetten. In de nacht van 14 op 15 april 1945 escaleert een tragisch incident nabij Gagelwijk, waarbij verzetsmensen per abuis op een groep SAS-mannen schieten, omdat ze voor Duitsers worden aangezien. De verzetsman Jan van den Broek wordt geraakt en overlijdt op 26-jarige leeftijd. De Britse SAS-militairJohn Watson (Jack) Keeble raakt buiten bewustzijn en wordt meegenomen door de Duitsers en overlijdt op weg naar het ziekenhuis. Hij is pas 21 jaar. Op 16 april vindt in een schaapskooi ten zuidoosten van Putten - tussen de boerderijen ‘Renselaar’ en ‘Veldhuizen’ - een ander noodlottig incident plaats. Een van de SAS-soldaten, de Britse Martine Edward Tyson, komt om het leven nadat hij per ongeluk wordt geraakt tijdens het schoonmaken van een geweer.

In Putten is ondertussen het Duitse hoofdkwartier van generaal Johannes Blaskowitz ingericht en het dorp is zwaar verdedigd voor de naderende Canadezen. Tijdens de hevige beschietingen voorafgaand aan de bevrijding van Putten wordt de schaapskooi achter boerderij ‘Renselaar’ op 17 april per abuis het doelwit van Canadees mortiervuur. De Britse Alfred Ronald Edwards staat op dat moment op wacht en wordt geraakt. Hij overlijdt op 18 april 1945 op 27-jarige leeftijd.

De gevallenen, Tyson en Edwards, krijgen een veldgraf en zijn na de oorlog herbegraven op de Jonkerbos War Cemetery, een militaire begraafplaats in Nijmegen voor geallieerde militairen die op Nederlands grondgebied zijn gesneuveld. Verzetsman en groepscommandant van de Binnenlandse Strijdkrachten, Van den Broek, wordt begraven op de begraafplaats Diepenbosch in Voorthuizen. De Britse SAS-soldaat Keeble wordt begraven op de Oude Algemene Begraafplaats in Putten.

De tragische gebeurtenissen tijdens Operatie Keystone weerspiegelen de complexiteit en risico's van de operaties achter vijandelijke linies tijdens deze kritieke fase van de bevrijding.

Hevelschutterweg, 3882 LT Putten