Nederland / Verhaal

Verzet blijft actief na de bevrijding


Markeren

Deel

Route


Roosteren werd op 30 september 1944 bevrijd. Maar veertig verzetsmensen en oud-militairen uit Roosteren en omgeving bleven tot januari 1945 onafgebroken frontdienst leveren in de omgeving. Daarbij kwam het tot staaltjes van heldendaden.

Meteen na de bevrijding van Roosteren op 30 september 1944 bood een peloton van oud- militairen en verzetsmensen uit de regio zijn diensten aan bij de Amerikanen. De groep telde ruim veertig manschappen en werd geleid door de 36-jarige hoofdonderwijzer Jan Mathijs Peters. In de voorgaande jaren hadden Peters en zijn helpers een internationale vluchtlijn opgebouwd voor gestrande geallieerde vliegeniers en uit Duitse krijgsgevangenschap ontsnapte Franstalige militairen. Vele tientallen vluchtelingen waren langs die weg aan vervolging ontsnapt.

Ook hielpen ze Joodse vluchtelingen en ontmaskerden ze een in België woonachtige Nederlander die met medewerking van enkele landgenoten onder het mom van hulpverlening Joden aan de Duitsers uitleverde. Zeker 180 vervolgden was dat al overkomen toen de zwendel aan het licht kwam. Deze brede verzetsachtergrond en hun bekendheid met het terrein waren voor de Amerikanen ruim voldoende om op het aanbod van Peters in te gaan. Voorzien van lichte wapens verrichtten zijn manschappen tot midden januari 1945 onafgebroken frontdienst, maanden waarin er nauwelijks beweging zat in de frontlijn.

Sommigen van hen passeerden tot vijf keer toe het front om de Duitse stellingen te verkennen en in kaart te brengen. Ook kwam het van tijd tot tijd tot schermutselingen waarbij doden en gewonden vielen. Andere acties waren gericht op het redden van mensenlevens. Met gevaar voor eigen leven werden twee geallieerden uit een brandende tank gehaald en lukte het om enkele zwaargewonde burgers uit een mijnenveld te dragen. Daarbij raakten ook leden van het peloton ernstig gewond.

Ter ondersteuning van het Ardennenoffensief ondernamen de Duitse troepen in december 1944 kleinere aanvallen aan andere frontsectoren, ook bij Roosteren. Dankzij de waakzaamheid van Peters’ manschappen kon een dreigende aanval met steun van zwaar geallieerd geschut in de kiem worden gesmoord. Op 13 januari 1945 openden Britse troepen, die de Amerikanen kort tevoren hadden afgelost, een nieuw offensief en verjoegen ze de Duitsers uit de omgeving. De frontdienst van het peloton zat erop en had honderd dagen geduurd. Jan Mathijs Peters ontving in 1951 de Militaire Willemsorde voor zijn verzetswerk en de steun aan de geallieerden. Andere leden van de groep ontvingen eveneens (hoge) onderscheidingen.

Door haar strategische ligging bij een Maasbrug kwam Roosteren in 1944 in de frontlinie te liggen. Als dankbaarheid voor het behoud van het dorp bouwden Roosternaren in 1945 een gedenkkapel aan de Maaseikerweg. Tegenover Kasteel Eykholt lag destijds een pleintje. Hier werden de leden van het verzet na de oorlog onderscheiden.

Eykholtstraat 13, Roosteren