Nederland / Monument

Zwervende steen voor standvastig verzet


Markeren

Deel

Route


Alleen een bronzen plaatje maakt de passant heden ten dage duidelijk dat een steen langs de Stationsweg in Zuidlaren een verhaal te vertellen heeft. Het is dankzij een ooggetuige dat de steen blijvend waarschuwt dat we liquidaties niet normaal mogen gaan vinden.

Een zwerfkei aan de Stationsweg markeert de plek waar de Grüne Polizei twee verzetsstrijders heeft doodgeschoten. Een bronzen plaatje vermeldt hun namen: Jan ten Cate en Carel Frederik Kwant. Beiden kwamen uit Meppel en zaten gevangen in het Noorder Sanatorium een eindje verderop. J. van der Velde zag het allemaal gebeuren op die derde augustus 1943. Hun lichamen bleven de hele dag liggen. Bedoeld als afschrikking. 

Hun dood was het voorlopige einde van een reeks gebeurtenissen. Die begonnen op 31 juli met de liquidatie van de NSB’er Willem Reilingh. Twee pistoolschoten afgevuurd door verzetslieden maakten langs de Esweg tussen Midlaren en Zuidlaren een eind aan diens activiteiten. Gevreesd werd dat Reilingh informatie over het verzet zou doorbrieven. Het was een gevaarlijke actie, want er zouden zeker represailles volgen. Het was dan ook een beslissing met gemengde gevoelens, maar het moest gebeuren.  

Zeven Zuidlaarders werden opgepakt toen de liquidatie bekend werd. Ze zouden zeker door het Polizeistandgericht in Assen ter dood veroordeeld zijn als de daders niet waren opgepakt. Mede dankzij mevrouw Reilingh werden de zeven in vrijheid gesteld. 

Wel zijn de twee Meppeler verzetsstrijders Jan ten Cate en Carel Frederik Kwant als represaille doodgeschoten op de plek waar nu de herdenkingssteen ligt.   

Als hoofdgetuige moest Van der Velde vijf jaar na de oorlog een verklaring afleggen bij het hoofdtribunaal te Groningen. Eén van de twee verdachte officieren van de Grüne Polizei kreeg daardoor een straf van 18 jaar. De tweede verdachte is niet meer achterhaald. 

De twee stenen die Van der Velde aanvankelijk had gelegd op de plek waar de twee verzetsstrijders vermoord waren werden op een dag vanwege werkzaamheden door de gemeente verplaatst. Van der Velde vond dat maar niks en klom in de pen: “Straks weet niemand meer wat de betekenis is van deze stenen”. Via de heer A. Snippe, fractievoorzitter van het CDA in de gemeenteraad vond Van der Velde een gewillig oor. Er kwam een nieuwe steen terug op de oorspronkelijke plek. Met een bronzen plaatje als eerbetoon aan de omgekomen Meppelers, maar ook om de herinnering levend te houden aan de gruwelen van een oorlog.