Nederland / Verhaal

Coevorden als eerste Drentse stad bevrijd


Markeren

Deel

Route


Begin april 1945 waren de Amerikanen, Britten en Canadezen al een eind opgeschoten. Amerikaanse eenheden waren al diep in Duitsland doorgedrongen. De Britten waren de Weser overgestoken en het 1e Canadese leger had na zware gevechten het gebied tussen Maas en Rijn veroverd en was daarna langs de IJssel naar het noorden van Nederland opgetrokken. Coevorden lag als eerste Drentse stad voor hen.

Het gonsde al sinds zondag 1 april van de geruchten in Coevorden. De Canadezen zouden al voorbij Nordhorn zijn en de NSB-burgemeester van de stad, L.J.E. Cloosterhuis moest 300 mannen voor de Organisation Todt (OT) leveren om zogenoemde  eenmansgaten te graven voor de verdediging van de stad. De burgemeester liet in allerijl bij een bevriende drukkerij oproepkaartjes maken die nog dezelfde dag werden rondgebracht. De volgende ochtend  waren er nog geen 100 vrijwilligers aanwezig. Met dit handjevol ging de OT op weg om de 'versterkingen' op deskundige wijze aan te brengen. 

De dreiging van de bevrijding veroorzaakte onrust onder de Duitsers. Personeel van het ziekenhuis begon 's middags alvast verbandmiddelen en dergelijke in te pakken en de ziekenwagens werden klaar gezet om te vertrekken. Ook de militaire poot van de NSB - de Landwacht - kwam in beweging. Met rieten koffertjes achter op de fiets en het geweer aan de schouder verlieten zij Coevorden. Het 'Rote Kreuz' vervoerde die nacht haar eerste transport gewonden naar Ter Apel. 

Op 5 april aan het begin van de middag wilden de Duitsers de Bentheimerbrug opblazen. Het duurde even, maar in de middag om half vier, bij het eerste contact met de vijand,  werd de brug opgeblazen. Helaas werd een deel van de aangrenzende huizen ook beschadigd. De Canadese verkenners van het 'Lake Superior Regiment' arriveerden net te laat om de brug in zijn geheel in te nemen. 

Rustig reden de tanks en andere gevechtswagens over de Esschenbruggerdijk Coevorden binnen. Vanuit een paar boerderijen werd op hen geschoten, die werden echter  onmiddellijk door een terugkerende tank in brand geschoten. Twee Duitse soldaten hadden zich evenwel  ingegraven en toen de eerste gevechtswagen op  twintig meter genaderd was schoten zij deze in brand. Twee Canadezen, de korporaal Mervin Brampton en de soldaat Montgomery Cliff  kwamen in de vlammen om. Twee anderen konden er op tijd uitkomen en namen de Duitse soldaten onder vuur. 

Op vrijdag 6 april omstreeks zeven uur legden de Canadezen een Baileybrug ter vervanging van de vernielde Bentheimerbrug. In de middag werden onder leiding van Canadese dominee J.R. Leng op de algemene begraafplaats de twee gesneuvelde Canadese militairen  onder grote belangstelling begraven. In bevrijd Coevorden.