Commandopost van generaal Richter in Caen

Deze commandopost bevond zich in een voormalige steengroeve die tot een ondergrondse militaire basis was omgebouwd.

De post lag op vijftien kilometer afstand van de stranden en bestond uit een 70 meter lange tunnel. Het kantoor van generaal Richter bevond zich in het midden. Aan beide kanten bevonden zich stafkamers, de zendkamer, de kaartenkamer en de telefooncentrale die met ondergrondse kabels was verbonden met de kust, met de luchthaven van Carpiquet en met het hoofdpostkantoor, dat zich in een bunker in Caen bevond.

Op 6 juni om 00:40 werd Richter via de telefoon geïnformeerd over de aanwezigheid van parachutisten en zweefvliegtuigen ten oosten van de rivier de Orne en lichtte hij zijn divisie in. Om 02:00 begonnen de Geallieerden met het bombarderen van steunpunten en kustbatterijen. Minder dan vijf uur later landden de eerste aanvalstroepen. Anglo-Canadese troepen haalden de posities van de 716e Divisie neer en infiltreerden tussen Bayeux en Caen.

Om 03:30 besloten Richter en zijn bemanning om zich bij het ondergrondse hoofdkwartier ten noorden van Caen te voegen. Om 10:45 voegde generaal Marcks van het 84e Corps, die vanuit Saint-Lô kwam, zich bij deze commandopost om de tegenaanvallen tegen het bruggenhoofd van de luchtlandingstroepen ten oosten van de Orne te reorganiseren.

's Avonds vond er een crisisoverleg plaats tussen generaals Richter, Feuchtinger (21e Panzer-divisie) en Meyer (25e Pantserregiment van de 12e SS-divisie) om een tegenaanval voor de volgende dag voor te bereiden. Ze besloten een tegenaanval uit te voeren onder leiding van Kurt Meyer en zijn tanks om de Britten van het vliegveld Carpiquet te verdrijven.

Een paar dagen later werd de commandopost verlaten vanwege de intensiteit van de strijd ten noorden van Caen en vanwege de luchtbombardementen.

Vandaag de dag kan men een indruk krijgen van hoe het voormalige hoofdkwartier van generaal Richter eruitzag, in het Caen Memorial Museum dat er in 1988 bovenop is gebouwd.