België / Verhaal

Het bloedbad van Courcelles


Markeren

Deel

Route


In the morning of 18 August 1944 twenty Belgian civilians were killed at the town of Courcelles by members of the Rexist Movement, a group of ultra right Belgian civilians. After the Normandy landings in June 1944, tensions between German authorities, collaboration movements and the Resistance grew more intense, in particular in the Wallonian province Hainaut.

In de ochtend van 18 augustus 1944 vermoordden leden van ultrarechtse Belgische Rexist Beweging twintig burgers uit Courcelles. Na de geallieerde invasie van Normandië, ruim twee maanden daarvoor, waren de spanningen tussen de Duitse autoriteiten, collaborerende groepen en verzetsgroeperingen sterk toegenomen, vooral in de provincie Henegouwen in Wallonië. Tijdens het bloedbad van Courcelles op 18 augustus 1944, ook wel het bloedbad van Rognac genoemd, werden twintig burgers vermoord door zogenaamde ‘Rexisten’. Rex, een ultrarechtse, katholiek politieke beweging, werd in 1935 opgericht door Léon Degrelle. Tijdens de Duitse bezetting van België kozen de Rexisten de kant van Hitler. Verschillende Rexisten kregen tijdens de bezetting een hoge positie bij de overheid. De leiders van Rex waren dan ook een belangrijk doelwit voor de Belgische verzetsbeweging en vanaf januari 1944 volgden steeds meer aanslagen: hun huizen werden verwoest, lijsten met hun namen werden verspreid en op 8 juli 1944 werd Degrelle’s broer vermoord. Uit wraak vermoordden symphatisanten van Rex enkele onschuldige burgers. Op 17 augustus 1944 werden de burgemeester van Charleroi, Oswald Englebin, zijn vrouw en zijn zoon door enkele verzetslieden vermoord. Een reactie bleef niet uit. De volgende nacht liet een golf van tot dan toe ongekend geweld zien: brandstichting, arrestaties, moorden. Twintig gijzelaars, onder wie politieagenten, artsen, architecten, advocaten en diverse ambtenaren werden opgesloten in de kelder van een huis in Courcelles. Onder hen ook kanunnik Pierre Harmignie, sinds 1938 deken van Charleroi. ‘s Nachts probeerde hij zijn medegevangenen te troosten, waarbij hij de volgende, laatste woorden zou hebben gesproken: “Ik ga dood, wij gaan allemaal dood opdat er vrede in de wereld komt en mensen elkaar zullen liefhebben.” De volgende ochtend werden alle twintig gijzelaars in koelen bloede vermoord. Tot de daders behoorden de belangrijkste leiders van Rex: Victor Matthys, Louis Collard en Joseph Pévenasse. Van de 150 betrokkenen bij de massamoord werden er 97 geïdentificeerd, 80 werden gearresteerd en berecht door de Belgische justitie. Op 10 november 1947 zijn 27 van hen geëxecuteerd.

Rue des Martyrs 20, Courcelles, Belgique